Zijn we nog wel onder de indruk?
De voorbije maand experimenteerde ik met AI. Niet zomaar wat prompts in het wild gooien: ik voerde een dataset van m’n eigen gezicht in een AI-model, en promptte me vervolgens een maand lang te pletter. Iedere dag een video van vijf seconden, bedoeld voor Instagram stories. Een AI-versie van mezelf in een andere context, stijl of sfeer.
Noem het een experiment. Een test. Of een uit de hand gelopen observatie: wat doet dit met mensen? Komt er reactie? Welke reacties?
P.S. Ik ben geen AI-expert. Ik heb vooral veel geëxperimenteerd, getest, geprutst. Zoals velen. Het leverde me inzichten op. En vooral vragen. Veel vragen. Verwacht dus geen keywords zoals Krea, Kling 2.1 (en waarom die duurder is dan Wan 2.1), Veo2, Veo3, Runway… and all that jazz.
Vlammekes en hartjes
De reacties kwamen er. Vlammekes 🔥🔥🔥. Hartjes ❤️❤️❤️. Af en toe een DM. ‘Zot.’ ‘Sterk.’ Of mijn favoriet: “Cool, met welke app doe je dat? Is die gratis?” We communiceren vandaag met emoji’s. Korte reacties, snel getikt. Eén duim, weinig moeite. Zelf doe ik daar ook aan mee, al schrijf ik ‘vlammeke’ en ‘hartje’ meestal voluit. Uit respect. Omdat ik tenminste de moeite doe om meer dan één duim te bewegen 😎. Maar toch vroeg ik me na een tijdje af: zijn we eigenlijk nog wel onder de indruk? Of scrollen we gewoon verder na het zoveelste vlammeke?
Eén 🔥, een paar ❤️❤️❤️
Geen vlammekes, geen hartjes.
Veel 🔥🔥🔥, een paar ❤️❤️❤️. Drie x 😂
Te goed is ook niet goed
Opvallend: de filmpjes waar ik zelf het meest tevreden over was, bleven vaak onder de radar. Nauwelijks reacties. Terwijl een iets rommeligere, humoristische cartoon-versie van mezelf plots wel ‘scoorde’. Was mijn prompt te goed? Was het beeld te af? Viel het niet op? Misschien was men het al beu na enkele dagen? Het contrast tussen hoe iets voelt als de maker en hoe het wordt ontvangen blijft fascinerend. Zeker in tijden waarin iedereen alles ziet. We scrollen met de gevoelloosheid van een algoritme, terwijl we rap nog een serie’tje meepikken. Alles passeert. We zien veel, maar kijken weinig. En AI of niet: het lijkt alsof posts waar duidelijk veel werk in gekropen is (doordacht, gecomponeerd, afgewerkt) het zelden beter doen dan de snelle snapshots. Alsof we liever iets hebben dat lijkt op ‘nu’, dan iets dat ruikt naar intentie.
Bob Ross scoorde goed. Lachend kakske.
Ikzelf was onder de indruk van deze Star Wars scene. De ‘viewer's’ vonden van niet.
Alles is zot. En dus is niets nog zot.
Onlangs maakte ik een poster voor theaterproducent één zee, voor het stuk Groenten uit Balen. Eén dag opbouwen van de set in de studio, één volledige dag shooten. Het resultaat zie je hieronder. De eerste reactie van iemand aan wie ik het trots liet zien: “Ge zijt er al goe mee weg, met diene AI.”
Of neem de recente tv-spot van Inex door AI Candy uit Gent. Koeien aan een parachute. Visueel verbluffend. Wie zich een beetje bezighoudt met generatieve AI ziet: dit is technisch en creatief echt straf gedaan. Maar ook daar, wanneer ik het liet zien aan mensen die wat verder van het vak staan: “Ah ja, zot hé, die AI. Mijn dochter maakt daar nu ook beelden mee.”
We zijn onder de indruk. Natuurlijk. Maar we blijven er niet bij stilstaan. Want we zijn ook al op zoek naar het volgende. Naar the next big thing. Zelfs ChatGPT weet niet precies wat dat wordt.
Wie graag de making-of wil zien: linkje hier.
Ik zag mezelf echt opnieuw toen ik twintig was. Het beste resultaat tot nog toe dacht ik zelf. Nobody cared.
Redelijk wat hartjes. Het zullen de vogels geweest zijn.
Indruk maken is niet hetzelfde als indruk nalaten
Deze blog is geen klaagzang. Want oh God ja, we zaten écht te wachten op nog een blog over AI. I know. I know. En ik ben niet anti-AI. Integendeel: ik experimenteer er met veel goesting mee, zowel professioneel als persoonlijk. Maar ik stel me wel vragen. Niet over de technologie, maar over onze blik. Onze aandacht. Ons vermogen tot verwondering.
Zijn we nog onder de indruk, of scrollen we gewoon verder? En als we alles indrukwekkend noemen, wat blijft er dan nog nog over?